Bosconversatie
Hoe ging het overleg op je werk?
Pas op, overhangende tak.
Hier gaan we naar beneden.
O, modder en boomwortels.
Wat komt eerst?
De modder.
Nu een boomwortel.
Kan ik niet naast je lopen?
Nee, het pad is te smal.
Wortel!
Hier steil omhoog. Wil je een hand of kun je mij volgen?
Au!
Sorry, die tak had ik ook niet gezien.
Is de hele route zo?
Ik ken het hier ook niet, schat.
Hoor je die vogel?
Nee.
Kijk, een eekhoorn. Kom met je hand, dan wijs ik waar je moet kijken.
O, hij is al weg. Jammer!
Hier wordt het breder. Kuil!
Je wilde nog iets zegen over je werk. Hier moeten we omlaag. Rechts van je een tak met stekels.
Ja, ik voel het …
Sorry, ik bedoelde links.
Afstap. Diep!
Stop even, dan haal ik die takken weg …
Kom maar, ik pak je hand weer.
Tegenliggers. Even aan de kant.
Dag. Nee, het gaat wel.
Is er geen andere route?
Het is niet zo ver meer, denk ik.
Hier ligt een boomstam over het pad. Nu eroverheen stappen. Hoger!
Ruik ik koffie?
Ja, daar is een terras!
Waar is daar?
Kom, we gaan een bakkie doen, kunnen we even bijpraten.
Annemarie Jongbloed