HET BOUWPLAN
Voor het maken van een eiwit wordt eerst het hele gen gekopieerd waardoor een pre-mRNA ontstaat waarin zowel de intronen als de exonen aanwezig zijn. De intronen worden na het kopieer-proces uit het pre-mRNA verwijderd om het mRNA te vormen. Het mRNA is een soort bouwplan voor het maken van een eiwit.
In dit bouwplan zijn alle exonen met elkaar verbonden. De splitsing van intronen en exonen wordt ook wel ‘splicing’ genoemd. De exonen vormen een leesbare tekst en de ‘eiwit bouwmachine’ kan deze informatie lezen en een functioneel eiwit bouwen.
Voor een goed functionerend binnenoor en netvlies zijn dus goed gebouwde Usher-eiwitten nodig.
DE BOUWSTENEN
Het DNA is een lange keten van bouwstenen die ook wel nucleotiden (of basen) worden genoemd. De nucleotiden in het DNA zijn:
- Adenine (A),
- Cytosine (C),
- Guanine (G) en
- Thymine (T).
Het DNA lijkt zo op het eerste gezicht misschien een willekeurige aaneenschakeling van A’s, C’s, G’s en T’s, maar de volgorde van deze letters is erg belangrijk. De volgorde van de letters is namelijk bepalend voor de genetische code en bepaalt of er een goed eiwit wordt aangemaakt.